Corona: grote veranderingen voor verloskundigen

16 april 2020

Sannemarije Ridder is verloskundige te Veendam. Ze vertelt dat de corona pandemie flink van invloed is op de eerstelijns verloskunde. En niet alleen op de wijze van organiseren, maar ook op de zorgverlening op zich.

“Half maart riep onze beroepsorganisatie (de KNOV) ons op om vanuit de ROAZ regiocoördinatoren te benoemen”, vertelt Sannemarije. “Die regiocoördinatoren verzorgen de verbinding tussen landelijk en regionaal en tussen de VSV’s. Ze zijn het aanspreekpunt voor de regiocoördinatoren, voor de KNOV, de zorgverzekeraar, het ROAZ en andere netwerkpartners. Ik ben aangesteld als coördinator provincie Groningen. Samen met regiocoördinatoren Anna Barendregt, Itske Huberts, Marian Karssen en PBM-coördinator Wendy Wielenga vormen we het Regionaal Coronateam Eerstelijns Verloskundigen Provincie Groningen.

Drie regio's
"Onze provincie was op basis van de VSV’s al onderverdeeld in drie regio’s: één per ziekenhuis. Die verdeling hebben we aangehouden. Binnen twee dagen hadden we diverse app-groepen opgezet en mailadressen uitgewisseld. Er werd zeer vlot geschakeld, zowel op regionaal als landelijk niveau.”

Wijze van zorg verlenen
“Ondertussen was er overleg tussen de KNOV en het RIVM. Dat resulteerde in een pandemieprotocol, een oproep voor het aanschaffen van PBM en een stappenplan voor opschaling als dat nodig mocht zijn. De maatregelen uit het pandemieprotocol hebben helaas grote gevolgen voor de wijze waarop wij zorg verlenen aan onze cliënten. Alle verloskundige praktijken verlenen zorg volgens het minimum care schema, wat betekent dat er, zowel prenataal als postnataal, minder consulten zijn en dat ze deels telefonisch plaatsvinden. De contactmomenten op de praktijk moeten zo kort mogelijk zijn, alleen de medische controles vinden plaats en zwangeren mogen niemand meenemen. Het afschalen naar minimum care bekent dus ook het afschalen van intermenselijk contact. Dit maakt de zorg een stuk minder leuk; voor ons én voor de cliënten."

Vasthouden na de crisis
"We waken er uiteraard allemaal voor dat minimum care niet betekent dat er te weinig zorg wordt geleverd. Aan de andere kant betekent het ook dat we onze handelingen en interventies kritisch afwegen en minder onnodige interventies doen. En dat laatste is wel iets om vast te houden na de crisis. Ik verwacht dat het gebruik van digitale middelen en e-health, ook in de verloskunde, blijvend zal zijn. We ervaren nu allemaal de voordelen, zowel in het contact met de cliënt als met zorgverleners onder elkaar."

Bevalteams
“In diezelfde eerste week vaardigden de ziekenhuizen in onze provincie de maatregel uit dat iedereen die werkzaam is in het ziekenhuis slechts één werkplek mag hebben. Dat geldt ook voor de eerstelijns verloskundigen. Het begeleiden van poliklinische bevallingen in het ziekenhuis en daarnaast werkzaam zijn in de eigen praktijk, was door deze maatregel niet meer mogelijk. In zeer korte tijd stelden we met gynaecologen van de drie Groningse ziekenhuizen en kraamzorg een gezamenlijk plan op dat door het ROAZ werd onderschreven: het vormen van bevalteams van eerstelijns verloskundigen, één team per ziekenhuis, die de poliklinische bevallingen begeleiden.”

Provinciaal verloskundig beleid
“Deze bevalteam-verloskundigen zijn niet werkzaam in de thuispraktijk. Ook in de kraamzorg zijn speciaal voor de poliklinische bevallingen bevalteams gevormd. Het was een lange week waarin we met alle eerstelijns coördinatoren veelvuldig contact hebben gehad, zaken onderling en in samenspraak met de KNOV hebben afgestemd en veel overleg hebben gevoerd met de tweede lijn. We zijn er trots op dat we met z'n allen, in zeer korte tijd, een gezamenlijk verloskundig beleid voor de hele provincie hebben kunnen uitwerken en implementeren. Inmiddels is er wekelijks overleg met de eerstelijns coördinatoren, gynaecologen uit de drie ziekenhuizen en de kraamzorg. Daarnaast zijn er uiteraard nog de vele andere overleg- en contactmomenten. We communiceren via Whatsapp, bellen, videobellen en mailen.” 

Positief
“Binnen een week hebben we de nieuwe organisatie van de verloskundige zorg tijdens de coronapandemie gerealiseerd. Dankzij korte lijnen, veel overleg (met zowel de eerste lijn onderling alsook op VSV-niveau met gynaecologen en kraamzorg) en besluitvaardigheid. Niet eerder werd er op dit niveau, VSV overstijgend, samengewerkt. Een positief gevolg van de coronapandemie dat, wat mij betreft, ook na de crisis een vervolg krijgt.”

Iets opleveren
“Verder hopen wij, net als iedereen, dat als het ook maar enigszins mogelijk is, de maatregelen worden afgeschaald en we weer normaal contact hebben met onze cliënten. En dat zwangeren hun partners weer mee kunnen nemen naar controles en echo’s, dat we weer zelf poliklinische bevallingen kunnen begeleiden van onze eigen cliënten en dat kersverse ouders weer kraambezoek kunnen ontvangen. Ik ben blij met de goede initiatieven en nieuwe samenwerkingsverbanden die tijdens deze crisis ontstaan. De negatieve kanten van het virus en de maatregelen zijn groot en nog niet te overzien. Het kost ons allemaal zoveel. Dan is het fijn als het ons, hoe klein ook, ook iets oplevert.”

Terug naar overzicht